Noord Argentinië is eigenlijk als een heel dik boek, waar je in enkele dagen alleen maar een enkel hoofdstuk van kan hebben gelezen. Dus dit noem ik dan maar het voorwoord. Ik heb namelijk de afgelopen week de meest prachtige verhalen gehoord dat ik niet weet waar ik beginnen zal. Dus vandaar dat ik me er ook niet aan hebt gewaagd want ik weet niet of er wel woorden voor te vinden zijn die de dingen beschrijven die ik beleef. Natuurlijk zou ik een lang verhaal kunnen schrijven over hoe de Nazca plaat ooit de andere plaat raakte en zo het meest overweldigende landschap vormde dat je het je bijna niet kan voorstellen. Enorme breuken en scheuren in de aarde. Of over de gekleurde bergen in de Humahuaca, in diezelfde Cordillera de los Andes die ooit ontstonden toen de oceaan langzaam wegstroomde van het continent. Net zoals de zoutvlaktes trouwens waar je gewoon magische foto’s kan maken. Maar dan kan je natuurlijk ook gewoon discovery channel kijken. Dus misschien over de bodega’s in Cafayate en het amfitheater van la pacha mama zelf waar iemand spontaan een gitaar pakt en waar je de meest fantastische akoestiek hebt. Over de parilla’s (barbecues) in het familie hostel in Salta of in el ‘Viejo Jack’. Over samen de was doen met de meest hartelijke vrouw die je maar kan voorstellen. Over Justo. Over dansen met de gaucho’s die een uitdagende Argentijnse vlag om hun middel dragen. Over Adobe huisjes en indianenverhalen. Over alfajores, dulce de leche en fantasmas in la finca. Maar ook over Britt die dacht dat Milagro het paard was in plaats van de gaucho zelf, en hem vriendelijk vroeg of ze het betreffende paard mocht berijden. Het herentoilet inlopen. Of over Marcos, de oudste Argentijnse versierder die er bestaat, en over de gidsen Pablo en Guillermo.. ongelofelijk... het blijven latinos, is de conclusie die ik iedere keer weer trek. Maar echt.. ik heb zoveel veel verhalen, namen gehoord en verzameld, dat ik niet weet hoe ik het een plek moet geven. And so the same eigenlijk voor mijn rode backpack.. alleen die heeft helaas wel zijn beperkingen, el pobrecito..
De afgelopen dagen, - na urban Buenos Aires en tropical Puerto Iguazu - hebben we ons vooral bewogen in en rondom Salta & Jujuy, de noordelijkste provincies van Argentinië. Het is de stad van zilver en leer, paarden en gaucho’s. Ook kan je er al beetje de Boliviaanse spirit voelen door de kleine inheemse dorpjes en de namen daarvan in quechua, één van de vele indiaanse talen. Onvoorstelbaar hoeveel verschillen Argentinië heeft maar Salta is werkelijk prachtig. Omdat het onmogelijk was om de Andes over te komen bij Mendoza te paard, - één van mijn sueños locos - besloot ik de oude weg van de generaal Guëmes te rijden in het noorden van Argentinië, een tocht van enkele dagen door de bergen. Ik verbleef met mijn reismaatje, die nog uit Bariloche moest komen in een schilderachtig familiehostel in Salta. ’s Ochtends werden we opgehaald door Gonzalo en Milagro, de twee gaucho argentinos waarmee we de tocht zouden maken. De Finca, en dat is ietsje kleiner en persoonlijker dan de grote estancia, lag op een uurtje van Salta. Het bleek een oud klooster uit het jaar achttienhonderd dat jaren lang leeg heeft gestaan. Ze waren het klooster nog steeds aan het restaureren maar het woongedeelte was al zo goed als af. Er waren nog mensen aan het werk. Serene en schuwe mensen. De meeste van hen waren salteños of uit de dorpen daar om heen en een enkele Boliviaan vertelde Milagro. Ze praaten niet en ze buigden hun hoofden als ze langs ons liepen.
Op de Finca hadden ze hadden zo’n 23 paarden, maar toen we aankwamen zagen we er enkel een paar. Door mijn verbaasde blik schoot één van de mannen in de lach, we moeten ze ook eerst nog halen. Halen? Ze bleken naar de buurman te zijn gelopen. De paarden moesten ergens in de bergen lopen dus we zijn ze gaan zoeken. En echt, toen ik de lasso’s zag moest ik eigenlijk wel weer een beetje lachen. ¿Sabes cómo..? ’Sí señor’… Gelukkig hebben we ze uiteindelijk alleen gebruikt om de kudde vooruit te jagen en terug brengen naar de Finca en sloten we de hekken maar. Met twee man, en twee vrouw, weliswaar. Na de parilla, zijn we de onze tocht begonnen naar het huis waar ooit de generaal is gestorven. Het schijnt dat zo’n 4000 gauchos elk jaar op 7 juni, zijn sterfdag vanuit Salta de pelgrimstocht naar zijn huis maken om hem te herdenken. Onderweg vertelden we elkaar verhalen, en leerden ze ons liedjes en coplas die ook ter afleiding werken, want ook al is rijden in deze stijl best wel fijn door de dikke wollen dekentjes waar je op zit, je begint de kou van de avond toch echt in je botten te voelen. Maar ‘s Avonds was er gelukkig een groot vuur, eten en heel mooi uitzicht. Ook ruilden we later af en toe van paard. De ene is namelijk de andere niet, en ze bewegen allemaal op een andere manier. Die afwisseling is verstandig., want aan het einde van de dag, na 6 uur aan één stuk bijvoorbeeld, durfde ik bijna niet van het paard te springen omdat alles zo pijnlijk was, dat ik dacht dat ik alle spieren zou scheuren…
Zo vervolgende we onze weg. ’s Ochtends was het fris maar tegen elven was het lekker tot een uur of drie, en daarna koelde het weer af. Af en toe leek het alsof er geen weg was door de takkenbossen en doornen struiken waar we langs of doorheen moesten, of blokkades door omgevallen bomen of keien. En nee, zonder (kleer)scheuren kom je er zelf ook niet vanaf. Het laatste stuk, een brede zandweg, hebben we onze spullen gedumpt, zodat we het laatste stuk naar het huis konden galopperen. Ik had geluk met La donosa, de Argentijnse criollo merrie met Arabische bloed. Ze was de snelste. En dan bedoel ik écht zo ongelofelijk snel dat ik bijna spijt had dat ik niet iets van een skibril op had. De laatste honderd meter liep een riviertje en omdat het paardje niet meer voortijdig te stoppen was, - wel te houden overigens - gingen we vol door het water heen. Maar eigenlijk dat zo goed! Britt en el rosillo zag ik vlak achter me hetzelfde te wachten staan. ’s Avonds hebben ze met een krakkemikkige radio nog iets van de lokale folkore en het weer geluisterd, een fles wijn leeggemaakt en zo hard met Milagro gelachen dat ik denk dat ik daar ook weleens spierpijn van kon hebben…
Liefs uit Argentina
No hay comentarios:
Publicar un comentario