Ik kan één keer met m’n ogen knipperen, of twee of tien keer maar het blijft hetzelfde. Het is echt waar..op een boot, te midden van de meest paradijselijke eilanden. Zoiets valt volledig buiten alle fantasieen. Je bedenkt het nog niet in je wildste dromen om de caribische zee over te steken in een bootje naar Panama. Alleen als je teveel films kijkt. Je kan niet douchen en je kan er niet zomaar af, alleen als er land in zicht is. Vissen, snorkelen, naar de horizon staren en slapen zijn de dagelijkse bezigheden en de rum, bier en wijn is altijd op voorraad. It’s a Pirates life, zeven dagen lang. Het kostte ons alleen wel even tijd om een geschikte boot te vinden. Je wil niet met het eerste best wrak de zee op en ook met de kapitein moet het klikken. En de eerste die we in de haven van de colombiaanse stad Cartagena vonden -een vijf sterren catamaran - ging het al mis. De hele week waren we gelukkig met het idee met deze boot mee te mogen, maar toen deze uiteindelijk niet bleek te vertrekken vanwege een kapotte propeller moesten we een andere boot vinden en liepen we een week vertraging op in Cartagena. Maar dat was dan eigenlijk wel het laatste waar ik mee zat. Enkel hadden wel het voorschot al betaald en natuurlijk wilde ze ons dat niet direct teruggeven. Maar ach, ook daar is een oplossing voor. Je gaat naar het park in de stad. Spreekt daar een politieman aan en legt je verhaal uit. Vervolgens pakt deze zijn motor, spring je achterop en rijdt je samen naar de haven. Sneller kan je geld niet terugkrijgen. Hilarisch, maar eigenlijk wel spijtig.. het zij zo.
Eva, telefoon voor je. Zei het meisje achter de balie van het hotel nadat ik had gereageerd op een advertentie in Su's café. Het was de kapitein van de tweede boot en die zou al over precies twee dagen vertrekken. Toen ik de Engelse kapitein aan de lijn had kreeg ik er al een onbehaaglijk gevoel bij maar ik besloot het een kans te geven. We maakten een afspraak om zijn tropical bird te bezichtigen. Het was een warrig personage. Ik kende zijn geschiedenis natuurlijk niet maar ik vermoedde dat hij ooit ergens aan verslaafd moest zijn geweest. Daar is op zich niks mee, je kan je leven wel weer op de juiste koers krijgen, maar zijn handen trilden nog steeds en zijn handtastelijkheid bij de eerste ontmoeting zette me toch aan ’t twijfelen. Je gaat er wel mee in zee, een week lang. Toen we bij de haven aankwamen om zijn boot te bezichtigen gingen we niet zoals gebruikelijk via de steigers, maar moesten we een brug over klimmen, om vervolgens in een wrakkige roeiboot zijn boot te kunnen bereiken. De motor van het roeibootje bleek gestolen in Jamaica. Toen we bij de bird aankwamen was het werkelijk één grote porquería oftewel zwijnenstal zoals ze dat zeggen. Overal lag rotzooi, vochtige matrassen, lege vaten, jerrycans en flessen. En dat wel één dag voor vertrek. De man biedde zijn verontschuldigen aan voor de bende, gaf een beetje stamelend uitleg over de reis en vroeg daarna dan wel direct wat we er van vonden. Ergens in mijn binnenste binnen waren alle alarmen en waarschuwingen al enige tijd afgegaan en ik zag dat Karlijn nog aandachtig luisterde en vragen zonder dat er iets van weerzin aan haar te merken was. Later bleek dat ze het verdomde goed wist te verbergen. Ik wou alleen maar weg. We bedankten de zeerover voor zijn uitleg en de moeite maar dat we het toch te snel vonden. Hij kwam ons nog haastig achterna of het soms vanwege de prijs was, en dat hij daar eventueel wel wat aan zou kunnen doen. Nee bedankt. Ik zwem nog liever naar Panama dan dat ik mijn leven waar op een zo’n wrak met een deze kapitein. Opeens draaide de ziel zich om en beveelde zijn Jamaicaanse hulpkracht om ons dan maar terug te roeien naar de brug. De vriendelijke rastafari gehoorzaamde en hielp ons de boot af. Julian mompelde nog iets grofs dat we het maar uit moesten zoeken ‘ of iets dergelijks. Ik voelde een woede in mij opkomen en wilde iets antwoorden maar besloot hem en ook mezelf te sparen. Ik was een beetje ontdaan door de onbeschofte houding van deze zeepiraat, maar ach, always look on the bright side of life, no? Nog een week Cartagena de Indias.. en ik kan er gewoon echt niks aan doen.Ook Karlijn leek ergens opgelucht toen we het gammele wrak verlieten. En lachend liepen we terug over de boulevard richting het oude centrum van Cartagena. Back in la vida Loca. Wat erg ..niet?
Maar toch is drie keer scheepsrecht. Het klopt precies. De derde boot die we zagen was the fantasy. En die was nog mooier dan in je gekste fantasies. De 50ft zeilboot deed ooit dienst als model voor de Amerikaanse serie Fantasy Island. Werkelijk een sprookje. Van binnen was alles koper met kersenhout, het moest een luxe boot zijn geweest. Er lagen oude boeken en kaarten, een soort Titanic mini. Toen we Jack aan de telefoon spraken en we hem later ontmoeten was alles goed. Hij sprak rustig en duidelijk over de reis, de plannen, paspoorten, het leven op zee voor een week én ook niet onbelangrijk; de veiligheid. Toen hij als laatste het levensverhaal van zijn boot vertelde, wilde ik direct naar de haven om de Fantasy te ontmoeten. Hij zei ons nog dat we beter morgen konden komen omdat het er nu nog wel rommelig uit kon zien - het kon ons nooit erger zijn dan de voorgaande bird - maar na het zien van onze gezichten zaten we toen minuten later in de taxi naar de haven. Met een bootje mét motor kwamen bij het wonderlijk mooi piratenschip. Ik keek mijn ogen uit en ook Karlijn bleef maar kijken. Toen de avond viel en we later terug in de taxi zaten, knikte ze. The fantasy? Ik twijfelde niet meer. Volgende week maandag gaan we el Gran Colombia verlaten, met Captain Jack.
En echt. Het zijn natuurlijk allemaal mensen zoals jij en ik, maar echt lezers, kapiteins vallen buiten de boot.. Of eigenlijk alles wat binnen de boot zit, daar valt de rest buiten. Allemaal hebben ze wel iets los zitten . Dat kan ook niet anders zoveel dagen op zee, dat kan niet goed zijn. Op 22 Juni om 6.30 p.m verlieten Colombia terwijl de zon langzaam onderging in Cartagena de Indias. Wat mooi zoiets. Toen we de skyline langzaam uit het zich zagen verdwijnen werd ik overvallen door intens dubbel gevoel. Het was spannend en zeker part of the dream, maar waar ik toch iedere keer maar weer tegenop zie is het afscheid nemen van steden, gelukkige momenten en mensen. Een stad vol herinneringen. Het liefst zou ik mezelf op die momenten willen splitsen en willen verdelen over zeven steden.
Na enkele uren socializen op het achterdek viel de nacht viel in en iedereen maakte tegen een uur of één aanstalten om te gaan slapen in de hut. Captain Jack en de Colombiaanse hulpkapitein Rafaël, bleven zwijgend naast het roer zitten. Lorena en ik dooden de stilte al kletsend op het achterdek van de boot. Tweeëntwintig jaar was het meisje, kwam uit Medellín waar haar familie nog woonde. Ze vervulde de rol van kokkin en andere huishoudelijke klusjes binnen de boot. Toen we 's avonds op het achterdek flauwe grappen maakten over van alles en nog wat sprong ze opeens van de bankje, verdween in het krappe keukentje, en kwam even later terug met een fles rum in de vorm van een schedel. Wil jij, Eva? Ik twijfelde even, ik heb nog nooit gezeild en ik weet niet of het wel zo’n goed idee was om aan de rum te gaan als je al constant bezig bent met het corrigeren van je evenwicht maar goed, toen ik Lorena’s vragende gezicht opmerkte met de bespottelijke fles in beide handen moest ik eigenlijk al lachen. Wat maakt 't ook uit, we zien wel. Maar ik besloot het maar bij een paar slokken te houden. Lore daarentegen, nipte de nacht vrolijk door terwijl haar stem werd steeds luider werd en het lachen ging ons beide ook steeds gemakkelijker afging. Tegen drieën viel er een moment van stilte, enkel het klotsen van de golven tegen de boot kon je horen. Er stak een wind op en de zee werd steeds onrustiger. Lorena had er blijkbaar genoeg van en borg de fles weer op in de kajuit. Het kostte haar zichtbaar moeite om het trapje weer op te komen maar toen ze eenmaal weer naast mij was belandt, Jack in slaap was gevallen en Rafa zwijgend doorzeilde, voelde ik een traan op mijn knie. En toen ik goed keek zag ik twee grote trieste donkere ogen. Hortend en stotend vertelde zij me haar verhaal. Ze mistte haar familie uit Medellín, en dat ze werkte voor hen en het beetje geld dat ze verdiende opstuurde naar huis. Als laatste vertelde over dat Jack als een vader voor haar was, haar redding. En dat ze blijkbaar iets voor hem voelde al had hij een andere vrouw. Een blondine uit Bucaramanga. De tranen stroomden over haar gezicht, en ik wist niet zo goed wat ik zeggen zou. Vriendschappen zijn veel waard, en liefde is mooi, maar soms ook zo vernietigend. Toen het wat rustiger werd besloot ook ik te gaan richting het grote bed beneden. Echter werd ik twee uur later weer wakker door een harde klap...
Ik schrok me wild en plotseling lag ik ongelukkig naast een gitaar die van de plank boven mij naar beneden was gevallen. Ik probeerde het ding beneden te leggen. De schuit schudde wild heen en weer en ik vroeg me dringend af of dat wel zo hoorde. Het dakluik boven het grote bed gaf toegang tot het bovendek en ik gilde naar Rafa of dat alles wel goed was. Deze antwoorde rustig.. ‘ja hoor’, achtien knopen, dat is normaal. Normaal? Hoe gaat ik dit ooit nog volhouden. Ook Karlijn was inmiddels wakker geworden en haalde lachend de naar beneden gevallen boeken van het bed af. Ik staarde uit het raampje en zag de witte schuimkoppen genadeloos tegen de schuit aanklotsen. Que Dios nos bendiga, dacht ik. Na een uur kijken won de vermoeidheid het van de onrust en ik viel weer in slaap. De tweede dag, na een ontbijt van alweer eieren en arepas - een soort maispannenkoekjes- was de hele godganse dag zeilen op open zee. Lorena lag uitgeteld op het bankje beneden en was zo goed als tot niks meer in staat. Jack lachte voorzichtig, ‘ze is ook niks gewend, zoiets doet ze nooit’. Het Australische stelletje lag een boek te lezen op het voordek en de Japanse Yutaka en de Spanjaard Alberto communiceerden in gebarentaal. Naciones Unidas noemde Rafa dat terwijl hij met touwen de watertank opnieuw vastbond. Na twee dagen varen begon er bij mij ook al iets te knagen. Je zit op een boot, je ligt op de boot, je praat op de boot, je eet op de boot, je slaapt op een boot, oftewel je woont in een boot, je kan niet douchen, en je kan er niet af. Je moet je constant richten op de horizon want anders word je zeeziek. Boeken lezen gaat al lastig, en nagels lakken blijkt ook een moeilijk klusje, alhoewel als je het echt wil… het zeker mogelijk is. Het nam niet weg dat ik al na twee dagen open zee blij was dat ik land in zicht had. En nu denk ik.. hoe moet dat wel niet zijn gegaan als ik ooit met Columbus mee was gevaren.. Ik zou ’t knap vinden als ie het langer dan een week met me zou kunnen uithouden. Enfin. Bij het zien van de Cocobanderas eilanden moest ik wel weer even drie keer knipperen. Is dit echt? De panamese archipel was werkelijk onwerkelijk. 100% bounty, alleen ernaar kijken was al genoeg. We stationeerden de schuit tussen de grootste twee eilanden - want het waren er zeker een stuk of tien- en ik kon niet wachten om van de boot een duik in het helderblauwe water te nemen en naar één van de eilanden te zwemmen. De rest van de dag werd er nog wat rondgehangen op de eilanden, gesnorkeld, zeesterren verzameld en werden er nog wat langostas en andere zeeschatten gevist voor het maal van de dag. In de avond terwijl Karlijn en ik zaten te vissen op het voordek stippelden we routes uit op de landkaarten van de lonely planet. Yutaka las een boek op het voordek en Lore, Rafa, Alberto en Robbert waren richting het naufrago gezwommen en de Captain? die lag al te slapen.
De volgende dag na het ontbijt van wederom eieren en de pannenkoeken zeilden we verder richting de Panamese kust. Het zou nog een dag varen zijn om de rest van San Blas eilanden te bereiken. Later in de middag kwamen we bij een plek die bijna nog mooier was dan de Cocobanderas eilanden. Kan dit? Ja dit kan. Chichime was werkelijk het mooiste eiland dat ik in mijn leven ooit heb mogen aanschouwen. Tegenover het eiland, lag nog een ander kleiner eiland, en de zee daartussen was tijdens het eb ondiep geworden. Zodat het werkelijk leek vanaf een afstand dat je over water kon lopen. Door de kleurige visjes en het museum onderwater vergat ik telkens dat ik mijn snorkel ophad waardoor deze telkens volliep met water en ik gedwongen was naar boven te zwemmen. Altijd had ik een soort van angst gehad voor de zee, maar het werd elke dag minder. De vierde dag durfde ik samen met de mannen te gaan vissen op octopusjes, langoustines of kreeft in het rif met het harpoengeweer. Tot dat ik plotseling een enorme mantelrog onder me door zag zeilen en Robbert vertelde over de haaien een eindje verderop, wist ik niet hoe snel ik naar boven moest komen. Ik ben de sloep een half uur niet meer uitgekomen. Maar ook daar kom je weer overheen. De rest van de dag slenterden Carolina en ik over het paradijselijke eiland, schoten we lachend ongezouten plaatjes met de zeesterren en lagen we in de branding te kletsen over koetjes en kalfjes.. nou ja apen en kokosnoten dan. Die avond na een piratenmaal van gedroogd vlees en bananenchips nam Rafa ons mee naar het eiland waar een groot vuur brandde. De hele avond zaten we op een boomstam en vermaakten ons grinnikend met de restanten rum die we nog over hadden. Even na middernacht manoeuvreerde Rafa ons terug naar de Fantasy waar de buurkapiteins en enkele buurpiraten al zingend de nacht de nacht verstoorden. Ik ging op het voordek zitten vissen om even van het gelal verwijderd te zijn. Even later werd ik vergezeld door een Argentijnse kapitein. Een bijzonder persoon, hij was enkel vierentwintig, net als ik en voerde van Mar de Plata via de Antlantische- de Caribische zee en de Golf van Mexico richting Miami. We praatten nog even door en toen ik mijn geduld begon te verliezen omdat ik de hele dag nog niks had gevangen pakte hij mijn vishengel over.‘Weet je?' zei hij met het zwoele argentijnse accent,
‘het belangrijkste is niet het vangen van de vis, maar het vissen op zich’.
Zijn gezicht kwam steeds dichter bij het mijne en ik schoot in de lach. Gelukkig brak een dansende Lorena het moment. Ze greep mijn hand en we dansten een salsa op het dek. Vamos Caliiii, gilde ze.. De Argentijn lachte ook om het grappige moment en toen hij me even later passeerde gaf hij me een knipoog. Toen iedereen aanstalten maakte om te vertrekken, was dat ongetwijfeld het meest hilarische moment van de avond. Alle drunken sailors vielen nogal onhandig van de zeilboot in hun sloep om terug te kunnen naar hun zeilboten. Enkele vielen in het water, anderen over elkaar heen. We ruimden met z’n vieren de boot nog even een beetje op en praatten over de avond. Een bleek maantje verlichtte de sterrenhemel. Een heuglijke nacht. Naciones Unidas, alleen je moet het niet te letterlijk nemen, lachtte Jack richting mij. En grinnikend liep ik het houtje trapje af naar beneden...
De volgende ochtend was iedereen wat later dan normaal. Rafa was al druk bezig met het opruimen van touwen, het Australische stelletje was tv aan het kijken en Lore lag wederom uitgeteld over de sofa. Even later startte Jack de motoren van de Fantasy; Rumbo naar de rest van de archipel… De dag bestond wederom uit chillen op de boot, en terwijl ik naast de vishengel de Zuid Amerikaanse geschiedenis aan het bestuderen was in één van de boeken die we op een boekenmarkt in Cartagena op de kop hadden getikt, werd ik opgeschrikt door een hard ratelend geluid naast mij. De lijnen stonden strak en de hengel boog pijnlijk naar achteren. Ik durfde hem niet uit de houder te halen uit angst dat ik met hengel en al overboord zou slaan. Wat moet daaraan zitten. Een potvis? Rafa en Alberto kwamen al aangesneld en probeerden met zijn tweeen het enorme spartelende vissebeest met een net en een haak in de boot te krijgen. En dat lukte. Even later stond ik met de stevige Guajo in mijn armen, maar een kleine drie uur later lag enkel nog de graatjes verspreid over onze borden. In de namiddag, kwamen aan bij de laatste groep eilanden.De 50 uitzonderingen die worden bewoond door de autonome indianengroep Kuna Yala. Ze leven van het toerisme, visvangst en de prachtige molas, de felgekleurde bewerkte doeken met afbeeldingen van vissen, dieren of andere vormen. Toen we de eilandengroep naderden en the Fantasy haar anker uitgooide nabij het eiland Nalunega en Wichubwala, kwam er een hartelijke Kuna Yala in een kano voorbij om ons op te halen en een rondleiding te geven over de eilanden. Er waren schooltjes, huisjes, kerkjes aanwezig. Geen hotels of resorts gelukkig. Je kan gewoon blijven crashen in een hangmat, net zoals de lokale bevolking, zoals iedereen. Tegen het vallen van de avond, speelden we nog een potje volleybal op één van de eilanden, en toen we er genoeg van de partij hadden en de zandmuggen ons begonnen te aanbidden vermaakten we ons de rest van de avond met Jack’s gitaar op de Fantasy. Dit zou de laatste avond zijn want de volgende dag zouden we het vasteland bereiken.
Zouden. Want het kan je nooit allemaal voor de wind gaan. Dat had ik inmiddels al wel geleerd in Argentinië, Colombia, Chili waar dan ook. Toen we afscheid hadden genomen van de mensen van Wichubwala en Nalunega en we al weer een tijdje op open zee richting de Panamese kust voeren gebeurde het onverwachte. Ik had genoeg van het zonnen op het voordek en terwijl Jack en ik zaten onder het dakje bij het roer voor ons uit staarden, voelde we opeens een schokkerig geluid. De motor van de Fantasy haperde en viel plotseling uit. De kapitein keek me strak aan en beviel Rafaël om naar beneden in de motorkast te kijken wat er loos was. Terwijl Rafa beneden bezig was en gebaarde de motor opnieuw te starten gaf de zeilboot geen reactie. Daar zaten we dan. Er werden nog enkele dingen geprobeerd maar het mocht niet baten. Het navigatiesysteem werkte nog wel, gelukkig genoeg. En op zich hoeft het geen probleem om zonder motoren te zeilen, legde de Kapitein ons uit, maar als er ook nog eens geen wind is, dan varen we simpelweg in de verkeerde richting. Ik staarde naar een tanker die ik in de verte zag en hield me vast aan de reling vanwege de misselijkmakende deining van de zee. En nu? De kapitein haalde zijn schouders op, en Rafaël kwam met het idee om het spinaker te heisen in de hoop op het vangen van een beetje wind, en even later sierde het grote blauw-witte zeil de steeds donker wordende hemel. Het mocht niet baten, en terwijl ik aan mijn rechterkant zag dat het aan land stormde en onweerde deed ik een wanhopige poging tot een gesprek met de windgoden. Misschien verstaan ze wel. Karlijn en Yutaka trokken wit weg door de bewegingen van de boot en besloten te gaan slapen tot dat we ergens zouden belanden. Ik had daar gelukkig geen last van, alleen moest ik me wel constant richting op de horizon. Het werd al donker en ik zag Jack, Rafa en Alberto overleggen en even later lieten ze de kleine sloep die achter aan de boot hing vieren. De tanker die ik drie uur geleden nog naast ons voer was al een uur geleden uit het zicht verdwenen en het leek erop of we geen meter vooruit gingen. Op het navigatiesysteem zag ik dat we sterk waren afgeweken van het lijntje dat we hoorden te volgen, en als we zo doorvoeren zouden we aanspoelen midden in La Guayra, één van de nationale parken van Panama. De sloep werd vastgeknoopt aan de linker zijkant van de Fantasy en enkele jerrycans met brandstof werden in het bootje gezet. Rafaël zou de boot in de goede richting duwen met behulp van de kleine motor van sloep. Qua brandstof zouden we het dan net moeten redden. De hele nacht heeft de jonge colombiaan in het bootje doorgebracht en toen ik de volgende dag tegen een uur of negen wakker werd en in mijn ogen wreef zag ik dat we in de haven van Portobelo moesten zijn.
Jack vertelde me later dat ze tot vijf uur in de ochtend hadden doorgewerkt om de boot in de goede richting de duwen. Jack en Alberto waren de hele nacht bezig geweest en Rafaël had maar liefst vier uur lang in het kleine bootje gezeten, in de regen. Ook dat hoort bij a pirates life..Uiteindelijk waren we tegen zessen dan in de haven aangekomen, en hebben nog enkel vier uurtjes kunnen slapen. We zijn er. Panama...
Panamamusic.punto.com.punto.PA
Panamamusic.punto.com.punto.PA
Liefs Eva
No hay comentarios:
Publicar un comentario